.

Kennisvragenlijst Pijneducatie

Beste collega's,

Voor ons implementatieonderzoek gaan wij kijken naar het gebruik van pijneducatie in de praktijk. Voor deze meting gaan we kijken naar jullie huidige kennisniveau van pijneducatie. Daarvoor willen we jullie vragen de volgende stellingen te beantwoorden

Alvast onwijs bedankt!

Beveiligd
1

Bij welke praktijk werk je?

Kies 1 antwoord
2

Wat is je naam?

De volgende stellingen kunnen met ‘juist’, ‘onjuist’ of ‘weet ik niet’ beantwoord worden. 

3

Bij een pijnprikkel, zoals het hard stoten van de knie sturen de zenuwen een pijnsignaal naar de hersenen, welke dit dan verwerkt als pijn.

Kies 1 antwoord
4

Pijn is een accurate indicator van de toestand van onze weefsels.

Kies 1 antwoord
5

Centrale sensitisatie treedt alleen op als er sprake is van nociplastische pijn.

Kies 1 antwoord
6

Het rustmembraanpotentiaal van een neuron bedraagt ongeveer 0 mV.

Kies 1 antwoord
7

Het mechanisme van 'conditioned pain modulation' leidt tot remming van de doorschakeling van nociceptieve activiteit ter hoogte van de synaps tussen het tweede- en derde-ordeneuron.

Kies 1 antwoord
8

A-delta- en C-vezels zijn pijnreceptoren.

Kies één of meer antwoorden
9

De definitie van centrale sensitisatie volgens de IASP is: Increased responsiveness of nociceptive neurons in the central nervous system to their normal or subthreshold afferent input.

Kies 1 antwoord
10

Pijn komt enkel voor bij schade aan het lichaam.

Kies 1 antwoord
11

De timing en intensiteit van de pijn komen overeen met de timing en de hoeveelheid signalen van de pijn/gevaarboodschappers.

Kies 1 antwoord
12

Bij chronische pijn wordt het centrale zenuwstelsel gevoeliger voor nociceptie.

Kies 1 antwoord
13

Nociceptieve pijn is pijn ten gevolge van actuele of dreigende schade aan niet-neuraal weefsel door de activatie van nociceptoren.

Kies 1 antwoord
14

De hersenen sturen descenderende boodschappen die in staat zijn om de pijngewaarwording te versterken.

Kies 1 antwoord
15

Nociplastische pijn wordt door het IASP geduid als: pijn die voortkomt uit veranderde nociceptie, ondanks het ontbreken van duidelijk bewijs voor daadwerkelijke of dreigende weefselschade die perifere nociceptoren activeert, of bewijs voor een ziekte of laesie van het somatosensorische systeem die de pijn veroorzaakt.

Kies 1 antwoord
16

Chronische pijn wil zeggen dat een lichamelijk letsel/aandoening niet volledig genezen is.

Kies 1 antwoord
17

Zenuwen kunnen zich aanpassen door meer poorten aan te maken en deze langer open te houden.

Kies 1 antwoord
18

Ergere lichamelijke letsels/aandoeningen resulteren altijd in meer pijn.

Kies 1 antwoord
19

Het postsynaptisch membraanpotentiaal van secundaire nociceptoren is afhankelijk van beïnvloeding van bovenaf.

Kies 1 antwoord
20

Wanneer je lichamelijke schade/aandoening hebt opgelopen zal de omgeving waarin je je bevindt geen effect hebben op de hoeveelheid pijn die je ervaart.

Kies 1 antwoord
21

Bij chronische pijn kunnen chemische stoffen geassocieerd met stress rechtstreeks de nociceptieve wegen activeren.

Kies 1 antwoord
22

Descenderende inhiberende interneuronen geven opioïde vrij om de kans op een actiepotentiaal bij het tweede orderneuron te verkleinen.

Kies 1 antwoord

Bedankt voor het invullen van deze vragenlijst