Communicatie over ritmes tussen werknemers en organisaties: het weekritme

Beste bezoeker/deelnemer,

Deze enquête gaat over het weekritme en is bedoeld voor iedereen die in of voor een organisatie werkt en te maken heeft met een weekritme van vrije dagen en werkdagen. Voor de een is er dat een van maandag tot en met vrijdag met twee dagen weekend. Voor anderen geldt misschien dat ze in het weekend werken.

Door mee te werken aan deze enquête helpt u mij bij het schrijven van een nieuw boek over de afstemming van individuele biologische ritmes en organisatieritmes. Het boek wat ik wil schrijven gaat over diverse ritmes. Denk aan seizoensritmes, maandritmes, weekritmes en dag- en nachtritmes. Het gaat hier over fysiologie (waken-slapen) maar ook over hoe er in organisaties gecommuniceerd wordt over tempo, activiteit, pauzes. Voor het boek heb ik al veel interviews gedaan met experts. Ook staan er gesprekken met teammanagers, leidinggevenden en HR- managers op de rol.

Het verhaal zou niet compleet zijn als de medewerkers zelf zouden ontbreken. Daarom vraag ik u mee te werken aan deze enquête waarbij u aan het einde ook kunt aangeven of u hierover in gesprek wilt. Wat levert het u op? Wat ik in ieder geval terug hoor van de mensen die in het proefpanel zaten en de enquête hadden ingevuld, is dat ze het leuk vonden om te doen, omdat het een goed inzicht geeft in het eigen gedrag rond lijf&leden, tijd en tempo op het werk.

U krijgt zo meteen 43 vragen voorgelegd over uw werkrooster, uw eigen fysieke en mentale welzijn gedurende de week, wat u zou willen behouden of juist zou willen veranderen aan tijd en tempo in het werk en hoe u daarover communiceert. Het invullen van de enquête neemt ongeveer 15 minuten in beslag.

U kunt in de enquête en in een eventueel gesprek aangeven of en hoe u anoniem wilt blijven.

Veel plezier met het invullen.

Marli Falize

Beveiligd

Survio

Maak een enquête

Communicatie over ritmes tussen werknemers en organisaties: het weekritme

1.1 Hoe luidt uw functie?

1.2 Hoe zelfstandig bent u als het gaat om de planning van uw werkactiviteiten?

1.3 Wat voor contract heeft u?

1.4 Hoe ziet uw werkrooster eruit? Geef in de onderstaande tabel aan hoeveel u werkt op welke dagen.

1.5 Hoe ziet uw werkrooster met pauzes eruit? Geef in de onderstaande tabel aan hoeveel u pauzeert tijdens uw werkdag.

1.6 Bent u tijdens de dagen dat u vrij bent met uw werk bezig? Van het nadenken over uw werk tot het uitvoeren van werkzaamheden.

2.1 Voor hoeveel % van de dagen geldt de volgende stelling? Ik voel me op en top fit tijdens de week.

2.2 Kies de dag van de week die het beste past bij de volgende stelling. Ik voel me op en top fit tijdens werkdagen.

2.3 Voor hoeveel % van de dagen geldt de volgende stelling? Ik ben gedurende de hele week vrij van pijn.

2.4 Kies de dag van de week die het beste past bij de volgende stelling. Ik ga pijnloos naar mijn werk.

2.5 Voor hoeveel % van de dagen geldt de volgende stelling? Ik ben gedurende de hele week moe.

2.6 Kies de dag van de week die het beste past bij de volgende stelling. Ik ben moe als ik werk.

2.7 Voor hoeveel % van de dagen geldt de volgende stelling voor u? Ik heb gedurende de hele week grote trek in zoet eten.

2.8 Kies de dag van de week die het beste past bij de volgende stelling past. Ik heb trek in zoet eten als ik werk.

2.9 Voor hoeveel % van de dagen geldt de volgende stelling voor u? Ik heb gedurende de hele week grote trek in zout eten.

2.10 Kies de dag van de week die het beste past bij de volgende stelling. Ik heb vooral grote trek in zout eten als ik werk.

2.11 In hoeverre geldt de volgende stelling voor u? Ik heb het afgelopen jaar wel eens verzuimd wegens fysieke klachten die samenhangen met het weekritme.

2.12 In hoeverre geldt de volgende stelling voor u? Ik ben het afgelopen jaren wel eens bij een arts/therapeut geweest vanwege fysieke klachten die samenhangen met het weekritme.

2.13 Voor hoeveel % van de dagen geldt de volgende stelling? Ik kan me de hele week goed concentreren.

2.14 Kies de dag van de week die het beste past bij de volgende stelling. Ik kan me goed concentreren als ik werk.

2.15 Voor hoeveel % van de dagen geldt de volgende stelling voor u? Ik kan de hele week door goed omgaan met mijn emoties, ook als ze bespeeld worden.

2.16 Kies de dag van de week die het beste past bij de volgende stelling. Ik kan goed omgaan met mijn emoties als ik werk, ook als ze bespeeld worden.

2.17 In hoeverre geldt de volgende stelling voor u? Ik heb het afgelopen jaar wel eens verzuimd, omdat ik tijdens bepaalde dagen van de week me emotioneel onevenwichtig voelde en/of me niet kon concentreren.

2.18 In hoeverre geldt de volgende stelling voor u? Ik heb het afgelopen jaar wel eens een bezoek gebracht aan een arts/therapeut, omdat ik tijdens bepaalde dagen van de week me emotioneel onevenwichtig voelde en/of me niet kon concentreren.

3.1 In hoeverre is de volgende stelling van toepassing op u? Ik houd rekening met mijn biologisch ritme en weet dat af te stemmen op het week werkritme en -tempo.

3.2 In hoeverre is de volgende stelling op u van toepassing? Er is in mijn directe werkomgeving interesse in elkaars gedachten en gevoelens over het biologisch ritme en de afstemming daarop voor het werktempo en - ritme gedurende de week, ook als er geen directe noodzaak is.

3.3 In hoeverre is de volgende stelling op u van toepassing? Als het om werktijden- en tempo gaat gedurende de werkweek ligt de nadruk op de perceptie van enkelen.

3.4 Als het aan mij ligt, zou ik de onderstaande gewoontes rond tien aspecten van werktijd en -tempo van de week in stand houden dan wel veranderen.

3.5 Hoe vaak bent u het afgelopen jaar betrokken geweest bij kleine werkconflicten?

3.6 Hoe vaak bent u het afgelopen jaar betrokken geweest bij werkconflicten die zo escaleerden dat de samenwerking op het spel kwam te staan?

3.7 Tijdens welke dag van de week komen werkconflicten bij u het meeste voor?

4.1 Hieronder staan zes stellingen over verschillende aspecten van uw communicatie vaardigheden. De stellingen hebben allemaal betrekking op de dagen dat u niet werkt. Geef uzelf een cijfer van 1-10

4.2 Hieronder staan de zelfde zes stellingen over bepaalde aspecten van uw communicatievermogen als hierboven. Nu is het de vraag hoe u zich zelf beoordeelt voor de dagen dat u werkt. Geef weer een cijfer van 1-10.

4.3 Ga van iedere stelling na of u uw vaardigheden anders zou beoordelen tijdens bepaalde werkdagen van de week. Kies de dag waarvan u denkt dat u daarin het minst presteert.

4.5 Deze vraag lijkt op de vorige met dat verschil dat u beter communiceert vanwege een gunstiger tijdstip waarop u in gesprek gaat met een ander. Wat zou dat betekenen voor uw verzuim, conflicten en onderhandelingen?

5.1 Wat is uw leeftijd?

5.2 Wat is uw geslacht?

5.3 Wilt u naar aanleiding van deze vragenlijst benaderd worden?

Uw email adres (alleen als u contact op prijs stelt)

Uw telefoon (alleen als u contact op prijs stelt)

Geef hier drie momenten aan wanneer u het beste kan worden benaderd (alleen als u contact op prijs stelt)

Mocht u naar aanleiding van deze vragenlijst nog opmerkingen of vragen hebben, dan kunt u dat hier kwijt.